We zien Bommel en Tom Poes, tompoezen etend. Ernaast staat geschreven:
De welgemeende gelukwenschen van het personeel met dit ongewone en bewonderenswaardige jubileum.
Het hoopt dat deze attentie bij u en de uwen in de smaak zal vallen – de voedingswaarde is gelijk aan duizend vooroorlogsche tompoezen zoodat u met een gesterkt hart aan het tweede duizendtal kunt beginnen.
Ondertekend door ‘het personeel’. Daaruit maak ik op dat de tekening is gemaakt door een van Toonders medewerkers, en dat hij is gericht aan Toonder zelf. Vermoedelijk heeft het personeel Toonder een taart aangeboden met deze kaart erbij. Het is waarschijnlijk dat tompoezen in het najaar van 1944 niet of moeilijk meer te krijgen waren, en dat ze zelf een taart gemaakt hebben. Eenvoudig, doch voedzaam.
Fraenkel zou in oktober 1944 overigens aftreden als hoofdredacteur van De Telegraaf. In juli 1944 was directeur Hendrik Holdert overleden, en diens zoon Henri ‘Hakkie’ Holdert junior kreeg de touwtjes in handen, zeker na het aftreden van Fraenkel. Deze ‘Hakkie’ moet geen lieverdje geweest zijn. Hij was lid van de SS, en krant werd zo Duitsgezind als het maar kon. Anti-Duits was hij trouwens toch al niet: de krant plaatste al door de bezetter opgelegde anti-Joodse artikelen en SS-frontreportages.
In elk geval was het voor Toonder aanleiding om de Tom Poes-strip voorlopig te beëindigen. Dat kon hij doen zonder te hoeven onderduiken via een ‘Medische verklaring’ van de arts Dr. A. Biemond, die, zo verhaalt Toonder in zijn autobiografie, zogenaamd constateert dat hij manisch-depressief is. Het betreffende briefje bewaarde Toonder in zijn oorlogsplakboek (dat het opschrift ‘Verzet 1940-1945’ draagt) en is ook op de tentoonstelling te zien.
Het briefje is eigenlijk wat vaag: er wordt geen diagnose in gesteld. Er staat alleen in dat Toonder ‘van 20–25 November 1944 in de neurologische universiteitskliniek van het Wester Gasthuis te A’dam geobserveerd’ werd (wat de naam was dat de bezetter aan het Wilhelmina Gasthuis gegeven had). ‘Hem werd, mede na overleg met den geconsulteerden internist, dr. G.A. Lindeboom, op grond van de vastgestelde afwijkingen een medicamenteuze behandeling en een rustkuur voorgeschreven, waarvan de duur voorlopig op 6 à 8 weken is bepaald.’
Maar blijkbaar was het afdoende. Het betekende het voortijdige einde van ‘Tom Poes en de Chinese waaier’, het verhaal dat zo feestelijk begon met het behalen van de duizendste aflevering op 19 augustus. Op maandag 20 november (de dag dus dat Toonder in het ziekenhuis werd opgenomen) verscheen de laatste aflevering, nummer 1079.
Vier afleveringen daarvóór waren heer Bommel en Tom Poes voor het laatst te zien op een spannend moment. Ze waren door Bul Super en Hiep Hieper in een keldertje opgesloten dat onder water dreigde te raken. Het water staat ze op het derde plaatje letterlijk aan de lippen.
|