Samen vertrekken ze erin naar de Noordpool. Oom Brom vertelt dat de auto zo goed rijdt omdat hij hem heeft ingesmeerd met wonderolie; lekke banden heeft hij met pleisters gerepareerd. Helaas houdt de wagen er na verloop van tijd mee op. Dat is vreemd, want als oom Brom de motor bekijkt, ziet hij ‘dat alles nog heel goed bevestigd zat met ijzerdraad, lijm en touwen’.
Het is duidelijk dat Toonder de auto van oom Brom in gedachten had toen hij die van heer Bommel ontwierp, want de staat van beide voertuigen en de wijze van onderhoud is vergelijkbaar. Zie het verslag van het eerste ritje waarbij Tom Poes meerijdt in ‘Tom Poes en de Drakenburcht’ (1941):
“‘Ik heb al die tandwieltjes een beetje afgevijld,’ legde heer Bommel uit. ‘Nu kan ik hem ineens in de vierde versnelling zetten, zie je? Ja, ja, ik heb die motor naar mijn eigen inzichten een beetje veranderd. Met wat ijzerdraad en stevig bindtouw doet men wonderen.’ (…) De Oude Schicht klom knallend en krakend de heuvels op en stoof er piepend en hijgend weer af. ‘Een goede wagen, niet?’ vroeg heer Bommel tevreden. ‘Ja, ja, die motor doet het goed, maar die banden zijn minder. Weliswaar heb ik ze met likdoornpleister en verbandgaas aardig opgeknapt, maar het blijft toch een zwak punt. Ik hoop maar...’ Op dat moment gaf de Oude Schicht een harde knal, hij begon te rukken en te stoten en stond toen opeens met een schok stil. ‘Wat zullen we nu hebben?’ bromde heer Bommel bezorgd, terwijl hij uit de auto klom. ‘Er is iets niet in de haak, dat is vast. Hm, eens even kijken... Alle touwtjes zitten nog vast, dat is het niet. Wat ik nodig heb, is een paar druppeltjes wonderolie, maar dat heb ik niet bij me. Of een aspirientje in het koelwater, dat wil ook weleens helpen.’”
Afijn, als ik dit alles zo overzie, lijkt het me aannemelijk dat Toonder de Oude Schicht niet op één concreet voorbeeld heeft gebaseerd. De directe voorvader ervan werd vijf jaar eerder bereden door oom Brom, maar op het moment dat Toonder heer Bommel een auto liet aanschaffen, had hij hoogstwaarschijnlijk meerdere voorbeeldauto’s in zijn bezit die hij als model heeft kunnen gebruiken.
Misschien wordt de Oude Schicht daarmee wel ietsje minder speciaal dan hij altijd voor me was. Het bijzondere zit hem vooral dat heer Bommel nog zo lang blijft rijden in een vooroorlogs automodel, tot het einde toe, in 1986.
|