bekijk webversie
BommelDingen

door Klaas Driebergen

Hanenfamilie

In de eerste BommelDingen ging het over een gedicht van markies de Canteclaer, en ik ga nog even op hem door. Hij is een van mijn favoriete Bommelpersonages. Vooral vanwege de gevatte manier waarop hij op het door hem geminachte gedrag van zijn buurman Bommel reageert. ‘Parbleu,’ zegt hij in het verhaal ‘De Doorluchtigheid’ als hij ziet hoe heer Bommel met een meetlint in de weer is omdat hij overweegt wat land aan een buitenlandse vorst te verkopen, ‘gaat ge linoleum op uw land leggen, eh… Bommel?’ Het is maar een voorbeeldje.

In dit stukje wil ik iets zeggen over de hanenfamilie waar de markies De Canteclaer uit voorkomt. Daarover valt natuurlijk veel meer te melden dan in dit stukje kan; zo is natuurlijk bekend dat Toonder zijn naam heeft ontleend aan de haan Cantecleer uit het middeleeuwse dierenepos Van den vos Reynaerde.

In Het leven der dieren, het boek met Toonders politieke dierencartoons van rond 1950 (dat inmiddels naar de drukker is!), komen nog enkele hanen voor die verwant lijken met de markies, zowel in als buiten Toonders oeuvre.

In de inleiding van dit boek plaatsen Dick de Boer en ik deze spotprenten met dieren van Toonder in de geschiedenis van de dierencartoon. We noemen onder anderen de befaamde Franse tekenaar Grandville (1803-1847), vooral bekend van La Vie privée et publique des animaux uit 1842 (vertaald als Beelden uit het persoonlijke en openbare leven der dieren), waarin hij samenwerkt met diverse Franse schrijvers. Grandville was een van de eersten die veelvuldig gebruik maakte van ‘antropomorfe’ dieren: dieren met menselijke eigenschappen. Ze kunnen spreken, dragen vaak kleding en hebben vaak menselijke ledematen. Alleen hun hoofd is duidelijk dat van een dier.

Grandvilles werk moet, direct of indirect, invloed op Toonder hebben gehad. Het fraaist is dit te zien in zijn afbeelding van een haan:

‘Het was een Haan van een fraai soort, op hoge benen en met hoge borst rondstappend als een Haan die zich bewust is van zijn uiterlijk.’ Aldus de beschrijving.

Ook in Toonders politieke cartoons komen een aantal hanen voor, die soms sterk op de markies lijken. Bijvoorbeeld op deze tekening uit Elseviers Weekblad, 25 oktober 1947, waarin de Indonesische kwestie aan de orde komt:

Als er in Toonders cartoons, maar ook in spotprenten van anderen, een haan wordt afgebeeld, staat deze vaak voor Frankrijk (al is dat in bovenstaande cartoon niet honderd procent evident; de andere dieren die de Westerse landen vertegenwoordigen, staan ook niet overduidelijk voor specifieke landen). De haan is een nationaal symbool voor Frankrijk, dat je ook veel terugziet op Franse postzegels, munten, en op het voetbaltenue van het nationale elftal. (Zie deze voetbalwebsite voor meer daarover.)

Zoals de Fransen hun haan associëren met trots op hun land, zo is ‘trots’ een eigenschap die veel mensen met de haan verbinden. Zo was de haan ook voor Toonder een archetypische figuur die hij in de vorm van de markies De Canteclaer prachtig kon gebruiken om menselijke verwaandheid te verbeelden, en dan vooral van mensen die zichzelf een hogere sociale status toedichten dan anderen.

Lezing

Op zaterdagmiddag 26 januari 2019 houd ik in boekhandel Scheltema in Amsterdam een lezing met plaatjes op de beamer over ‘Toonder en de dieren’: over de vele dieren in alle soorten die voorkomen in het oeuvre van Marten Toonder. Deze lezing vind plaats op een Marten Toonder-middag in het kader van de Stripmaand van Scheltema. Wim Hazeu, Tim Artz en Henrieke Goorhuis zijn er ook. Lees hier meer daarover.

Klaas Driebergen

website

Dit bericht is verzonden naar . Je ontvangt deze e-mail omdat je je voor ‘BommelDingen’ hebt aangemeld. Stuur deze e-mail gerust door aan mogelijke andere geïnteresseerden: zij kunnen zich eventueel aanmelden via deze link.

Afmelden
MailerLite