Hier ver vandaan ligt het schiereiland Prol, dat aan toeristen weinig te bieden heeft. Het landschap is eentonig en het klimaat regenachtig, zodat de bewoners vette haren en lange regenjassen dragen om beschermd te zijn tegen het vocht. Een rijk land is het ook niet; de Prollen leven hoofdzakelijk van zwammen, die zij rauw, uit het vuistje plegen te eten. Want het is een eenvoudig volkje, dat wars is van dikdoenerij of opgesmukte manieren.
Deze zwammen groeien op het eiland gewoon overal op de grond. Op een zekere dag besluiten de Prollen om deze waar te gaan exporteren.
‘Maar wat moeten we dan verkopen?’ vroeg een ander, die Ibele Zweder heette.
‘Zwammen natuurlijk!’ riep Olger uit. ‘Prolzwammen. Eenvoudig maar voedzaam, jongen! En ze werken nog goed op de hersens ook. Je krijgt er gezonde gedachten van. Lekker gewoon!’
‘We kunnen het buitenland ermee helpen’, zei een derde, die eens een krant gelezen had. ‘Ze denken daar soms heel raar. We kunnen zwammen verkopen en ze zo het Prolse Denken leren. Mooi werk, je weet wel!’
Met dat idee was iedereen het eens en zo trok Ibele Zweder enige tijd later de grens over om met zijn zwammen en het Prolse Denken de wereld te gaan verbeteren.
Zweder vestigt zich aan de rand van het Donkere Bomen Bos.
Nadat hij zijn eenvoudige woning naar Prols model had opgezet, stopte hij wat zwamsporen in de grond om zo gauw mogelijk een oogst te kunnen krijgen
Zijn eerste klant is Pastuiven Verkwil.
‘Kijk’, sprak hij. ‘Wij van Prol zijn allemaal gelijk. Dat komt door de zwammen, die we eten. Mooi, eenvoudig voedsel, zonder aanstellerij. We blijven er bescheiden en gewoon van, en toch gezond. Maar het is lelijk spul voor iemand die denkt dat hij meer is dan een ander! Héél lelijk! Jij zit daar nu zwammenthee te drinken, en is het versterkend of niet? Dat komt omdat jij eenvoudig bent. Het knapt je op en het geeft je goede ideeën. Maar als je een dikdoener was, zou het je een lesje geven!’
‘Die zwammen wil ik hebben!’ riep de gast begerig uit.
‘Dat kan’, zei Zweder. ‘Ik doe graag zaken en ik zal je een pondje verkopen om uit te zaaien. En ik geef je er gratis een gebruiksaanwijzing bij!’
Spoedig groeien er grote hoeveelheden van de zwam in de omgeving van Rommeldam. Dat baart Pee Pastinakel zorgen.
‘De grond is verzuurd door de gorgel en de bomen en de planten zijn verwoest door de stuifzwam, die u hier ziet.’
‘Die paddestoelen?’ vroeg heer Bommel mat. ‘Ja, daar was ik al bang voor. Het zijn er veel, hè?’
‘Het zijn gifzwammen’, zei Pastinakel. ‘Zuiver vergif. Overgebracht uit het oosten, wed ik. En er is weinig tegen te doen wanneer de bol barst en de sporen vrijkomen. U mag wel oppassen!’
‘Oppassen? Hoezo?’ vroeg Tom Poes.
‘Die sporen zijn ongezond’, verklaarde het ventje. ‘Ze slaan op de breindoos en vooral op de kolnidra, zodat je er heel rare nevelingen van krijgt. Ik hoop dat ik het spul nog in bedwang kan houden door ontzuring van de grond en door bespuiting met bree. Maar als ik u was, zou ik hier niet te lang blijven.’
De paddestoelen blijken een spectaculaire uitwerking te hebben, en wel op verschillende manieren. Het opsnuiven van de sporen verschaft iemand die zich gekrenkt voelt, een bepaalde helderheid van geest om dikdoeners de waarheid te zeggen.
Zie bijvoorbeeld de volgende scène in de Kleine Club, waar heer Bommel zich beklaagt over het feit dat Ibele Zweder stiekem paddestoelen in zijn tuin heeft uitgezaaid.
|