De toestand in de wereld – een overdenking
De ouderen onder ons herinneren zich vast nog wel de rubriek “De toestand in de wereld” door mr. G.B.J. Hilterman. Dit commentaar op de internationale politiek was vele jaren zondagsmiddags te beluisteren op de radio. Tussen 1956 en 1999 sprak Hilterman meer dan 2000 radiocolumns uit en volgens de AVRO heeft hij nauwelijks een week overgeslagen.
De rode draad van de radiocommentaren van Hilterman was dat er -vanuit zijn Westerse perspectief- altijd (zeer) ernstige zaken speelden op het toneel van de internationale politiek. Wat dat betreft zou het interessant zijn om zijn commentaar te horen op de huidige toestand in de wereld. Op dit moment spelen er tegelijkertijd zoveel ernstige zaken, dat het voor één commentator vrijwel ondoenlijk is om op al die zaken een onderbouwde visie te hebben. Wat dat betreft prijzen wij ons gelukkig met het grote aantal commentatoren dat zich dagelijks aandient op de televisie en via andere media.
Wereldwijd maakt men zich zorgen over het milieu, duurzaamheidskwesties, Covid-19, de energiecrisis en - last but not least - de oorlog in Oekraïne.
Dat er oorlog zou komen in Oekraïne, zo dichtbij in Europa, konden wij ons tot voor kort niet (meer) voorstellen. Oorlogvoering was immers iets van vroeger, iets tussen minder beschaafde landen in andere werelddelen. En dan de manier waarop. Niet alleen dát er nu in Europa een oorlog wordt gestreden, maar ook de manier waarop deze oorlog wordt gevoerd, ontstijgt ons voorstellingsvermogen. Internationale verdragen over legitieme militaire doelen, over te beschermen civiele objecten, over de behandeling van burgers tijdens gewapend conflict en over de behandeling van krijgsgevangenen worden met voeten getreden.
Waarom deze nogal sombere column in de Nieuwsbrief van het IHC?
Je hoort wel eens de opmerking “het enige dat de mensheid leert van de geschiedenis, is dat de mensheid niets van de geschiedenis leert”. Dat is misschien een grappige, maar in ieder geval een foute opmerking. Want het voorkomen van oorlog - en het voorkomen van andere vreselijke dingen die mensen elkaar aandoen - heeft alles te maken heeft met de mogelijkheid en de wil om te leren van de geschiedenis.
De herinnering aan de verschrikkingen van de Tweede Wereldoorlog houden we levend door middel van het onderwijs, via herinneringscentra en in musea. Op 4/5 mei en op 15 augustus krijgt naast het herdenken ook het herinneren ruime aandacht. Belangrijke onderliggende gedachte: zo’n oorlog, dat nooit weer! Wél leren van de geschiedenis, dus.
De belangstelling voor de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië is na ruim 75 jaar nog altijd groot, getuige de presentatie van de resultaten van het onderzoeksprogramma Onafhankelijkheid, Dekolonisatie, Geweld en Oorlog in Indonesië, 1945-1950 op 17 februari 2022. Ook zijn het afgelopen jaar veel activiteiten bezocht die zijn gerelateerd aan de (persoonlijke) geschiedenis van het voormalig Nederlands-Indië, zoals tentoonstellingen, theatervoorstellingen, publieksactiviteiten en podcasts.
Het Indisch Herinneringscentrum houdt de herinnering levend aan de gebeurtenissen tijdens de Tweede Wereldoorlog in Nederlands-Indië, de daaropvolgende bersiap, dekolonisatie en migratie. Het IHC biedt de mogelijkheid om kennis op te doen over deze onderwerpen. Daarbij komt een veelheid aan uiteenlopende doelgroepen voor het voetlicht. Illustratief is alleen al het aanbod aan lopende tentoonstellingen: ONS LAND, met de persoonlijke geschiedenissen van acht families, BIAK Stories en Tabee Nieuw-Guinea. Onlangs was een tentoonstelling gewijd aan de Japanse zeetransporten (Hellships). Daarnaast draagt het IHC via het kenniscentrum, de bibliotheek en een groeiend aanbod aan digitale informatie bij aan het vergroten van kennis van de geschiedenis én van toenemend begrip voor andere doelgroepen.
En met die kennis en dat begrip kunnen we naar mijn stellige overtuiging wel degelijk leren van de geschiedenis. En daarmee een klein beetje bijdragen aan de verbetering van de toestand in de wereld.
|