BommelDingen bekijk webversie
BommelDingen

door Klaas Driebergen

Tom Poes en Goliath

Van de Laarzenreuzen tot de zoon van Grit: in de verhalen van Tom Poes en heer Bommel komen diverse reuzen voor. Al is in de latere verhalen de reuzenfrequentie een stuk lager dan in de vroege verhalen, die nog behoorlijk sprookjesachtig van karakter zijn.

Een kenmerk dat de reuzen in de vroege Tom Poes-verhalen met elkaar gemeen hebben, is dat ze vrij dom zijn, en daardoor gemakkelijk om de tuin zijn te leiden door de kleine maar listige Tom Poes.

Het verhaal ‘Tom Poes en de reuzen van Grim, Gram en Grom’ uit 1942 telt maar liefst drie reuzen, en wel drie tamelijk reusachtige:

In z’n eentje kan zo’n reus met gemak het hele schip Albatros het strand op trekken.

Grim, Gram en Grom zijn drie broers, en nogal onvriendelijk. Ze maken de opvarenden van de Albatros tot hun slaven, die in de rotsachtige grond van hun eiland naar goud moeten bikken.

Gelukkig blinken ook zij bepaald niet uit wat betreft intelligentie, en dus kan Tom Poes ze met een eenvoudige list verslaan. Hij daagt Gram uit om, net als hijzelf, precies op het uiteinde van een plank te springen. Op het andere uiteinde daarvan ligt echter een grote steen, die door het gewicht van Gram de lucht in geslingerd wordt en precies op het hoofd van Grom terechtkomt, die samen met zijn broer in de afgrond stort.

Hierdoor kan Tom Poes Grim doen geloven dat hij vreselijk sterk is:

“‘Stil eens even!’ riep Tom Poes. ‘Als je begint te schelden, zal ik jou ook een klap met mijn stok geven, net zoals ik Grom en Gram heb gedaan toen ze brutaal werden. Ik ben niet gediend van jullie praatjes. Helemaal niet. Je moet doen wat ik je zeg, heb je dat begrepen? Of wil je een tik hebben?’
‘N-nee!’ riep Grim angstig. ‘N-nee, geen t-tik. Ik zal doen wat jij z-zegt. Sapperrkikkie! Zal alles doen! G-geen tik, asjeblief!’”

Grim laat de gevangen met de Albatros wegvaren, net vóór zijn broers weer bijkomen.

Wim Hazeu wijst in zijn inleiding op dit verhaal in de uitgave in ‘blauwe reeks’ (deel 2, Meer avonturen van Tom Poes) op de gelijkenis van deze scène met het Bijbelse verhaal van David en Goliath. De overeenkomsten zijn inderdaad treffend: ook de kleine David verslaat de reus Goliath door hem een steen naar het hoofd te slingeren.

Zelf heb ik deze frappante gelijkenis niet gezien toen ik mijn boek Bommel en Bijbel schreef, anders had ik hem daarin zeker genoemd. Maar ja, je kunt niet altijd volledig zijn.

Als dit inderdaad een verwijzing naar David en Goliath is, is het trouwens niet de enige in Toonders oeuvre. Voor een speciaal nummer van het blad Metro, dat in augustus 1945 verscheen ter gelegenheid van het huwelijk van zijn vriend Dick van Veen en diens vrouw Corrie, maakte Toonder de volgende cartoon:

Hierin wordt David door Toonder getransformeerd tot Dick van Veen, die als verzetsman de Goliath van de Duitse bezetter heeft verslagen.

Hazeu brengt het verhaal ‘Het eiland van Grim, Gram en Grom’ trouwens óók in verband met de Duitse bezetting: ‘Opnieuw moeten onze helden zich van onderdrukkers zien te bevrijden in dit in oorlogstijd geschreven verhaal.’ Het is niet heel onwaarschijnlijk dat deze analogie door Toonders hoofd heeft gespookt toen hij dit verhaal schreef. En als dit zo is, was het niet de eerste keer dat hij de Duitsers met reuzen vergeleek; volgens zijn eigen zeggen zat er immers ook in de al genoemde Laarzenreuzen uit het eerste Tom Poes-verhaal een subtiele verwijzing naar de marcherende Duitse soldaten.

Leuk is het om te vermelden dat Toonder de houding van de liggende reus uit de cartoon baseerde op een tekening die in een van zijn ‘dievenboeken’ voorkomt:

Waar deze tekening uit komt weet ik niet; mogelijk is het een illustratie bij een kinderverhaal of een sprookje.

Over sprookjes gesproken: de Bijbel is niet de enige mogelijke bron van verhaal over Grim, Gram en Grom. Hazeu wijst ook op de invloed die de sprookjes van de gebroeders Grimm en van Charles Perrault op Toonder moeten hebben gehad. Die werden al op jonge leeftijd door zijn moeder aan hem voorgelezen. De Sprookjes van Moeder de Gans van Perrault kwamen tot hem in een uitgave met de prachtige illustraties van Gustave Doré. Hier bijvoorbeeld een bekende reus uit dit sprookjesboek, namelijk die van Klein Duimpje:

Die tekeningen van Doré moeten Toonder diepgaand hebben beïnvloed. Niet alleen zullen de griezelige figuren grote indruk op hem hebben gemaakt (tere kinderzieltjes worden door Doré bepaald niet ontzien), in de vele arceringen in de zwartwit-tekeningen van de latere Bommelverhalen vertoont Toonder een sterke stijlverwantschap met Doré.

De oude Statenbijbel die Toonder in zijn bezit had, was ook niet voor niets een Doré-bijbel. En met Dorés illustratie bij het verhaal van David en Goliath maak ik de cirkel weer rond:

*

Over Bommel en Bijbel gesproken: dit boek uit 2012 is mijn persoonlijke ‘best seller’. Het boek (een bewerking van mijn afstudeerscriptie Nederlands) blijft lopen: vorig jaar verscheen de derde druk, en ik wordt nog steeds gevraagd voor lezingen erover. Op 3 november aanstaande kom ik daarvoor bijvoorbeeld naar het Groningse Haren. Van harte welkom!

Zie voor details en andere data de agenda op mijn website.

Ook het boek is natuurlijk te bestellen op mijn website.

Klaas Driebergen

website

Dit bericht is verzonden naar . Je ontvangt deze e-mail omdat je je voor ‘BommelDingen’ hebt aangemeld. Stuur deze e-mail gerust door aan mogelijke andere geïnteresseerden: zij kunnen zich eventueel aanmelden via deze link. Als je eerdere afleveringen hebt gemist, kun je die hier nalezen.

Afmelden
MailerLite