Vorige week was ik er weer: Ierland, het land van Marten Toonder. Het land dat Toonder zo aansprak toen hij er in 1951 voor het eerst kwam, dat hij er in 1965 ging wonen. Het land dat hij herkende als het land dat hij altijd tekende.
Samen met negentien reizigers, bijna allemaal Toonderfans, ben ik op zoek gegaan naar het Ierland van Marten Toonder. Op zoek naar de plekken en landschappen die hem zo aanspraken. En we hebben weer genoten samen!
Bestaat Toonders Ierland eigenlijk nog wel? Ierland is in de loop van de decennia best veranderd: het is een modern Europees land geworden. Veel oude Ierse cottages zijn gesloopt om plaats te maken voor fraaie villa’s, er zijn nieuwe wegen aangelegd, hotels en vakantieparken zijn uit de grond gestampt om de toeristen welkom te heten.
En toch is er regelmatig een glimp te vinden van het Ierland zoals Toonder dat gekend heeft, en zelfs zoals hij dat rond 1951 al aantrof.
Een belangrijke bron om erachter te komen waar Toonder graag kwam, waren voor mij (naast de verhalen die Paul en Wendaline Hellmann mij vertelden, die vaak met Marten en Phiny door het land trokken) de vele foto’s die Toonder naliet. Deze bevinden zich in het archief van het Literatuurmuseum.
Zo zijn de foto’s er nog die Toonder in 1951 maakte, tijdens zijn allereerste vakantie daar. Net als het dagboek dat Phiny tijdens diezelfde reis maakte. En dat is heel bijzonder: je kunt ze van dag tot dag volgen en hun verwondering meebeleven.
Wel mis je één belangrijk aspect op de foto’s. En dat zijn de kleuren.
De omgeving van Hotel Parknasilla – aan de Ring of Kerry, vlakbij Sneem – is de plek waar de ogen van de Toonders écht opengingen voor de schoonheid van Ierland. Hier werden ze verliefd. Phiny schrijft: ‘daar stond tot onze verrassing en vreugde een prachtig hotel aan de baai met een schitterend uitzicht en een tropische tuin’. De baai en de eilanden zijn ‘nog zeer in natuur-staat met de wonderlijkste planten en bloemen. […] Tussen de eilanden was het blauw-groene water van uitlopers van de baai.’
Ze bleven er een aantal dagen logeren. Phiny:
Het is mooi wakker te worden in Parknasilla. Je trekt de gordijnen op en je ziet meteen dat prachtige uitzicht. Zoiets als een film, te mooi om echt te zijn. Maar het was echt.
Martens foto’s tonen prachtige strandjes waaraan Phiny uitkijkt over de baai.
|