Met Sinterklaas in het land vroeg ik mij ineens af of het Sinterklaasfeest eigenlijk in Rommeldam gevierd wordt. Volgens mij heb ik de Goedheiligman nog nooit zien optreden in een Bommelverhaal.
Toch is er in elk geval één aanwijzing dat heer Bommel en Tom Poes niet onbekend zijn met dit kinderfeest, en wel in ‘Tom Poes en de doffe Doffer’ (1954). Heer Bommel is daarin aan het dichten geslagen nadat hij het oog heeft laten vallen op de freule Héloïse van Barneveldt. Als Tom Poes hem na een vakantietocht voor het eerst weer ontmoet, ontspint zich de volgende dialoog:
“‘Dag, heer Ollie!’ riep Tom Poes. ‘Hoe gaat het ermee?’ ‘Eh... o! Dag, jonge vriend,’ zei heer Bommel afwezig. Hij schreef langzaam iets op een papier en schrapte het na enig peinzen weer door. ‘Ik pluk een bloem met gouden hart,’ prevelde hij. ‘Wàt doet u?’ vroeg Tom Poes ongerust. ‘Bonkend door een grote smart,’ vervolgde heer Bommel nadenkend. ‘Dat is erg,’ zei Tom Poes. ‘Maar het rijmt wel.’ Heer Ollie liet zijn potlood zakken en richtte zich waardig op. ‘Natuurlijk rijmt het!’ sprak hij uit de hoogte. ‘Ik dicht! En wanneer je op school je best had gedaan, zou je weten, dat een gedicht behoort te rijmen. Stoor me niet, jonge vriend, het is moeilijk!’”
Dat Tom Poes er inderdaad geen snars van begrijpt, blijkt wel uit zijn volgende opmerking:
“‘Schrijft u versjes?’ vroeg Tom Poes verbaasd. ‘Het is toch nog geen Sint-Nicolaas?’”
Inderdaad is het nog geen Sint-Nicolaas op het moment dat Tom Poes dit zegt, in de krant van 7 oktober 1954.
Meer van de Sint ben ikzelf niet tegengekomen in de Bommelsaga, maar ik houd me altijd aanbevolen voor tips voor andere verwijzingen naar de grote kinderweldoener. Wellicht ergens in Tom Poes Weekblad?
Elders in Toonders grote oeuvre duikt Sinterklaas wél op. Het meest interessant zijn de bijdragen die Toonder leverde aan de rubriek ‘Amsterdams Dagboek’ in Het Parool in de jaren zestig en zeventig. Hij maakte van 1962 tot 1972 tenminste acht keer een illustratie ten behoeve van de jaarlijkse Witte Bedjes-actie, waarbij geld werd ingezameld om kinderen in Amsterdamse ziekenhuizen en sanatoria te verblijden met een bezoek en een cadeautje van Sinterklaas. Deze actie was een initiatief van Parool-journalist Henri Knap, die onder de naam Dagboekanier de rubriek ‘Amsterdams dagboek’ vulde. Ook veel andere bekende tekenaars leverden gastbijdragen voor dit goede doel, teneinde de lezers op te wekken om maar gul te gireren.
Toonders eerste bijdrage voor de Witte Bedjes-actie verscheen op 1 december 1962. Hij tekende een Sint die (aldus Knap) ‘bij de schoorsteen zit te wachten, of u iets in zijn bisschoppelijke schoenen wilt doen’:
|