Omdat hij de olie bezit is hij misschien wel de machtigste en belangrijkste van de bovenbazen. Hij wordt door Toonder aangeduid als ‘oliekoning’, ‘oliekeizer’, ‘oliemagnaat’ en ‘oliebaron’.
Zijn naam Amos W. Steinhacker verwijst naar John D. Rockefeller, de bekende Amerikaanse zakenman en kapitalist: beide achternamen betekenen feitelijk hetzelfde. Rockefeller, oprichter van de Standard Oil Company, werd dankzij de handel in olie een van de rijkste mensen aller tijden.
Door zijn collega’s wordt Steinhacker kortweg AWS genoemd. Ook Rockefellers naam werd vaak afgekort tot JDR.
Merk op dat ook Olivier B. Bommel zo’n extra letter tussen zijn voor- en achternaam draagt: een gegeven dat ook in zijn geval naar invloedrijke Amerikanen zoals John D. Rockefeller verwijst. Als hij in ‘De bovenbazen’ tegen wil en dank tot de Bovenste Tien toetreedt, duiden deze hem uiteraard aan als OBB.
Zijn bezit maakt Steinhacker niet bepaald tot een prettig en zorgeloos iemand, wat ook voor zijn collega’s geldt.
De ontdekking van een niet-vervuilende en gratis verkrijgbare energiebron zou door het grootste deel van de wereld worden toegejuicht, zeker in onze tijd. Maar als je voor je macht en rijkdom afhankelijk bent van de olie, is dat een ander verhaal, en wil je zoiets koste wat kost voorkomen.
Als Kwetal in ‘De bovenbazen’ het perpetuum mobile blijkt te hebben uitgevonden, zijn de in spoed bij elkaar vergaderde bovenbazen dan ook in zak en as:
|