Het frappeert me steeds weer hoe groot, rijk en veelzijdig Toonders oeuvre is. Bij het maken van Het geheim van Marten Toonder ook weer. Zelfs met meer dan 400 pagina’s tot onze beschikking, was het nog enorm worstelen met de vraag: wat nemen we wel, en wat niet op in dit kunstboek?
Het Toonderarchief in het Literatuurmuseum blijft ook een bron van schatten. We ontdekten daar meerdere tekeningen die hoogstwaarschijnlijk nog niet eerder gepubliceerd waren.
Als ik het goed geteld heb, zitten er in het boek zeker 125 afbeeldingen die niet eerder gepubliceerd zijn. Het gaat dan bijvoorbeeld om jeugdtekeningen, allerlei portfolio-illustraties uit de jaren dertig, handschriften, allerlei potloodschetsen en alternatieve versies van Bommeltekeningen, enzovoort.
Daarnaast zijn er natuurlijk de talloze facsimile’s van originele tekeningen van Bommel en van andere Toonderstrips, waarvan je de tekeningen vermoedelijk wel in gedrukte versie kent, maar op deze manier heb je ze nog nooit gezien.
Eén verrassende ontdekking wil ik graag met je delen. Eerder schreef ik in BommelDingen al over Thijs IJs, die als dierenstrip uit de jaren dertig de meest directe voorloper van Tom Poes is. Thijs IJs verscheen in 1934-1938 in Het Nieuwsblad van het Noorden en enkele andere regionale kranten, en er is slechts één officiële boekuitgave verschenen van de eerste vier verhalen. Dat alles in zwartwit.
Tot onze verbazing ontdekten we tussen allerlei ander origineel tekenwerk van Toonder uit vermoedelijk de jaren dertig een aantal grote platen van Thijs IJs in kleur! Je adem stokt dan even… Er waren ook enkele onbekende zwartwit-afbeeldingen bij.
Nader onderzoek leerde me dat het om illustraties moest gaan bij het verhaal ‘Thijs IJs en de drie dwergen’ uit 1937. Vermoedelijk zijn er plannen geweest om dit verhaal in boekvorm uit te geven, met ook een aantal gekleurde platen daarin. Dit boek is echter nooit verschenen.
Het lijkt er wel op dat er een aantal aanpassingen gepland waren in het verhaal: de drie dwergen, die in opdracht van een boze tovenaar de kroon van koning Dibbekoon hebben gestolen, zijn er zeven geworden. Een verwijzing naar de zeven dwergen van Sneeuwwitje? (De daarop gebaseerde Disneyfilm, die ook in 1937 verscheen, gold voor Toonder toen als het absolute summum van animatie.)
In het boek hebben we drie van de mooie kleurenplaten opgenomen. Eén daarvan wil ik in deze ‘BommelDingen’ graag laten zien. Het is de gekleurde versie van de volgende Thijs IJs-aflevering:
|