BommelDingen bekijk webversie
BommelDingen

door Klaas Driebergen

Ierse ruïnes bij Bommel

Twee weken geleden hield ik mijn eerste ‘webinar’, oftewel online lezing, over Marten Toonder en Ierland. Dat was even wennen: je weet dat je een publiek aan het toespreken bent, maar je ziet dat niet voor je, je zit tegen je computer aan te praten… Maar toch een leuke nieuwe ervaring, en omdat het uitverkocht was en de reacties positief waren, gaat hij morgenavond in de herhaling.

Ik heb het opgezet als een ‘virtuele rondleiding door het Ierland van Marten Toonder’. Het onderwerp Marten Toonder en Ierland houdt me al zo’n twee jaar bezig, en ik heb plannen om er een boek over te schrijven. Het voorbereiden van deze ‘rondleiding’ brengt me weer op nieuwe ideeën.

Zo viel het me op dat Marten Toonder erg van ruïnes houdt. En die zijn er nogal veel in Ierland. Toonder schrijft hierover: ‘De vele ruïnes zijn niet de puntige, angstaanjagende skeletten die de oorlog ons heeft leren kennen, maar er gaat een nostalgische romantiek vanuit.’

Dat er in Ierland zoveel ruïnes zijn, heeft allemaal te maken met de dramatische geschiedenis van het land. Waarin veel katholieke kerken en kloosters werden verwoest door de Engelse kolonisator. Waarin halverwege de negentiende eeuw een hongersnood aan meer dan een miljoen Ieren het leven kostte en miljoenen anderen deed emigreren – hun huisjes achterlatend, overgeleverd aan de elementen. En waarin tijdens de Ierse opstand begin twintigste eeuw kastelen en landhuizen van rijke grootgrondbezitters werden platgebrand.

De resten van al deze gebouwen zijn in het dunbevolkte Ierland vaak gewoon maar blijven staan.

En, toegegeven: ondanks de dramatiek die erachter schuilgaat, zijn dit soort ruïnes vaak een lust voor het oog, verweerd als ze zijn, en begroeid door klimop en andere vegetatie.

In mijn eerdere BommelDing ‘Toonders kastelen in Ierland’ noemde en toonde ik een voorbeeld van een ruïne die graag door Toonder bezocht werd: die van Derryquin Castle, op het terrein van het hotel Parknasilla, waar hij vaak verbleef. Door hemzelf werd dit aangeduid als ‘The mad colonel’s house’. Helaas is deze ruïne in 1969 afgebroken.

Een ruïne die er nog wel moet zijn, is die van Dunkerron Castle, in de buurt van Kenmare. Deze half ingezakte Noormannentoren ontdekte Toonder al op zijn allereerste vakantie in Ierland, in 1951, en maakte een diepe indruk op hem. Ik noem hem morgenavond ook in mijn ‘rondleiding’. Toonder maakte er meerdere foto’s van, waaronder deze:

Toonders vrouw Phiny beschrijft hem in haar vakantiedagboek als een ‘ruïne met bloemen en klimop begroeid. Er stonden een paar muren, erg romantisch. Kraaien nestelden in het klimop. Het geheel was net een romantisch boek’.

Marten Toonder noemt hem zelf ook in zijn autobiografie: ‘een afgeleefde reus, van top tot teen met ivy begroeid, midden in een veld vol margrieten’.

Ik ontdekte dat dit dezelfde ruïne is die een belangrijke rol speelt in het boek Kasteel in Ierland, de roman van Jan Gerhard Toonder die in 1970 als Boekenweekgeschenk verscheen. Hij heet daar Dairmuid’s Tower, ‘hoog, donker, dreigend’.

“De oostelijke muur was één vlakke steenwand, zo plomp en hecht dat hij ook in een volgende duizend jaar niet leek te kunnen brokkelen; maar de zijwanden waren op de helft van de overweldigende hoogte – dertig meter, veertig meter? – ingestort, en de westelijke muur was een steile puinhelling donkergroen overwoekerd met klimop en te halver hoogte zelfs met een paar struiken en kleine bomen begroeid; en om de top, die bijna het bewegingsloze dek van regenwolken leek te raken, zweefde, of vibreerde, een krans, zoals heiligen een krant om het hoofd hebben… maar deze krans was van anti-licht, gemaakt van zwarte vogels die in zinloze patronen langs en door elkaar vlogen, alle met een schorre roep die de een van de ander overnam zodat er geen seconde stilte zijn kon, een kreet die geen doel had, geen antwoord verwachtte, zich met een korte hopeloze boosheid in het ruisen van de regen mengde, alsof, dacht Krause, de doden nog eens spreken mochten en niet wisten wat te zeggen. Hij rilde weer; een huivering van clandestien genot. Dit was mooi. Er was geen ander woord voor. Schön. De hoge steenklomp, de dreigende lucht, de regen, de zwarte vogelkrans, het verloren krijten. Schön.”

Mooi, op een huiveringwekkende manier.

Ineens viel het me op dat er in de Bommelverhalen ook regelmatig oude ruïnes voorkomen. Het zijn meestal kasteelruïnes, en steevast zwermen er kraaien of andere zwarte vogels omheen.

Een willekeurig voorbeeldje is de volgende toren in ‘Heer Bommel en de spalt’ (1983), die Toonder lokaliseert in de Schemervallei, ten noorden van de Zwarte Bergen:

“Het is een akelig stukje natuurschoon, maar toch staat daar een toren; het laatste overblijfsel van een roofridderkasteel. De bewoner daarvan voerde in de middeleeuwen de nivellering in, door langstrekkende kooplieden van hun winsten te ontlasten. De tand des tijds heeft het gebouw echter bijgewerkt, totdat alleen de toren overbleef. Dit gebeurde, nadat de kooplieden een andere route gekozen hadden, zodat de kasteelheer, door nooddruft gedreven, een ander gebied voor zijn idealen gezocht had.”

Het zou zomaar een Ierse kasteeltoren kunnen zijn.

Nu wil ik niet zeggen dat er per se altijd een directe relatie is tussen de ruïnes in Toonders verhalen en de Ierse ruïnes. Oude kasteelruïnes zijn ook buiten Ierland te vinden. Wel is Toonders fascinatie voor romantische ruïnes duidelijk, die ongetwijfeld sterk gevoed werd door de vele ruïnes die hij in Ierland tegenkwam, en die zich uitte in zijn verhalen.

Morgenavond laat ik nog meer voorbeelden zien van ruïnes die Toonder bezocht en van kasteelruïnes in de Bommelverhalen. Met kraaien en al.

Mocht je morgen mee willen doen: welkom, er is nog plek! Maar wees er dan snel bij, want het aantal deelnemers is beperkt tot 90, en de vorige keer ging het de laatste dagen ineens hard met de aanmeldingen.

Mocht het tijdstip niet goed uitkomen, dan hoeft dat ook geen probleem te zijn: na afloop van het webinar heb je als inschrijver 14 dagen de mogelijkheid om hem nog eens terug te zien.

Je kunt je aanmelden op de website van Historizon. Het kost € 4,95. Na aanmelding ontvang je een link: als je daar morgenavond om 19:55 uur op klikt, kom je vanzelf op de website waarop het allemaal te zien en te horen is.

Wie weet tot morgen!

Klaas Driebergen

website

Dit bericht is verzonden naar .
Je ontvangt deze e-mail omdat je je voor ‘BommelDingen’ hebt ingeschreven.

Reacties vind ik altijd leuk! Dat kan simpelweg door deze e-mail te beantwoorden.

Stuur deze e-mail gerust door aan mogelijke andere geïnteresseerden. Zij kunnen zich eventueel aanmelden via deze link.

Eerdere afleveringen gemist? Je kunt ze hier nalezen.

Afmelden kan hier.
MailerLite