Die erkenning van deze eerbiedwaardige Maatschappij kwam voor Toonder als een verrassing, zo bekende hij aan Frits van der Waa van de Volkskrant in 1995. Kennelijk ‘net als Lücker hadden ze dus ontdekt dat er iets achter zat wat ik niet wist’.
Maar hij was er zeker blij mee. Dat bewijst het volgende.
In dezelfde periode, de eerste helft van de jaren vijftig, brachten de Toonder Studio’s ook het Engelstalige tijdschrift Cartoonder uit, dat verspreid werd onder relaties. Het was de meest succesvolle periode van de Studio’s: de strips van Toonder en zijn medewerkers verschenen in talloze landen, in maar liefst ‘127 different newspapers and their satellites, every day’, zo vermeldt het eerste nummer. Indrukwekkend!
Tot voor kort waren de vijf verschenen nummers van Cartoonder voor de liefhebber vrijwel onvindbaar. Gelukkig zijn ze nu in boekvorm uitgegeven door Jan-Willem de Vries, die de afgelopen periode ook al de onvolprezen tijdschriftenreeks De geschiedenis van de Toonder Studio’s uitbracht. Ik kreeg het boek deze week binnen, en het biedt een prachtige inkijk in het bloeiende bedrijf dat de Toonder Studio’s waren.
In het vijfde nummer (dat in het voorwoord gedateerd wordt van ‘na mei 1955’) staan enkele stukjes ‘Tributes and trials’. Daarin worden een aantal voorbeelden van eerbetoon aan Toonders Tom Poes-strip genoemd, maar ook enkele rechtszaken rondom Tom Poes, die ondertussen net zo goed de bijzondere status van deze stripfiguur aantonen.
Het zijn hilarische stukjes: een tinnen pop van Tom Poes spoelt aan op het strand van Surabaya, zo krijgen de Studio’s te horen van de Foundation for the Promotion of Research into Cultural-Historic Figures, die wil weten wie de maker van dit product is. Hetgeen men op de Studio’s niet weet, aangezien het zonder toestemming is gemaakt. Ze maken hier echter geen werk van vanwege de bijzondere ontdekking dat Tom Poes niet gewoon maar een stripfiguur is, maar een ‘figuur van cultureel-historisch belang’…
En er wordt verteld over een rechtszaak tegen een journalist die illegale Tom Poes-boekjes op ‘een bekende Amsterdamse tweedehands markt’ verkocht. Een hoogleraar auteursrecht die als getuige namens de eisende partij optreedt, stelt dat zo’n rommelmarkt geen geschikte verkoopplek is voor een dergelijk artistiek werk. Waar de advocaat van de verdachte tegenin brengt: ‘Maar hij is daar in het gezelschap van Goethe en Shakespeare!’
Maar goed, het gaat mij nu om het eerste stukje ‘Tributes and trials’:
|