Vorige week vierden we de tachtigste geboortedag van Tom Poes. Daar was enige aandacht voor in de kranten, zoals ik toen meldde.
Een lezer van Bommeldingen wees mij erop dat ook het spelprogramma ‘Per seconde wijzer’ op dinsdag de 16de aanhaakte bij deze historische datum. Je kunt de bewuste aflevering hier terugkijken.
In de kijkersvraag aan het begin van de uitzending werd gememoreerd dat Marten Toonder op 16 maart 1941 ‘een stripreeks rondom een witte kater’ introduceerde. De vraag luidde: ‘Wat is de naam van die kleine slimme, rechtop lopende witte kater?’
In de twaalfde minuut gaf presentator Erik Dijkstra het welbekende antwoord. En hij voegde er nog enkele wetenswaardigheden aan toe: ‘Die stripreeks werd vertaald in meer dan dertig talen. Maar in al die boeken is Tom Poes de enige die nooit kleren aan heeft. Dat is iets om even over na te denken…’
Dat heb ik dan maar even gedaan. Is Tom Poes inderdaad het enige personage zonder kleding?
Ook Midas Dekkers schreef vorige week in NRC Handelsblad trouwens dat Tom Poes ‘als enige inwoner nu al tachtig jaar bloot door de straten van Rommeldam’ gaat.
Op het oog hebben Dijkstra en Dekkers gelijk. Wie naar de andere vaste Rommeldammers kijkt, ziet dat de meeste daarvan gekleed door het leven gaan. Alleen heer Bommel is maar half gekleed, met enkel een jas.
Wie echter tachtig jaar teruggaat naar de alleroudste verhalen, ziet een iets ander beeld, gelet op de verhouding geklede–ongeklede personages.
In zijn eerste twee verhalen is Tom Poes sowieso nog het enige dier tussen menselijke verhaalfiguren. Het is daardoor minder merkwaardig dat hij ongekleed rondloopt.
In het derde verhaal, ‘Tom Poes en de tovertuin’, ontmoet Tom Poes een andere dierenfiguur: heer Bommel met zijn geruite jas.
In verhaal nummer 4, ‘De geheimzinnige roverhoofdman’, blijkt Tom Poes een buurman te hebben: het hondje Wolle Waf. En ook die is ongekleed.
|