Het laatste lied leken we de vorige aflevering te hebben geïdentificeerd als het achttiende-eeuwse sonnet ‘Schoon is de roos’ van Pieter Nieuwland.
Schoon is de roos, waarmeê ge uw’ boezem tooit,
Doch kort haar bloei! – Ter naauwernood ontloken,
Verwelkt zij ras, van haren steel gebroken,
Of wordt, door zon en wind, ontbladerd en verstrooid.
Maar nu kwamen Jan en Martha Bruna met nog een andere suggestie. Ditmaal geen gedicht maar een lied, en weer uit een opera, namelijk Cavalleria Rusticana van Pietro Mascagni uit 1890. Ze citeren daaruit de eerste regel: ‘O Lola, blanche fleur, à peine éclose…’ Dat betekent zoiets als: ‘O Lola, witte bloem, ternauwernood ontloken…’ Ja, dat komt ook weer heel dichtbij.
Het is alleen niet de originele tekst van de opera. Die is namelijk geschreven in het Italiaans, of eigenlijk in een Siciliaans dialect daarvan. De opera begint dan met deze serenade voor Lola, gezongen door Turridu. Zijn vroegere geliefde blijkt als hij terugkeert uit de dienstplicht helaas met een ander te zijn getrouwd… De regels die hij dan zingt, luiden:
O Lola c'hai di latti la cammisa
si bianca e russa comu la cirasa,
quannu t'affacci fai la vucca a risa,
biatu pì lu primu cu ti vasa!
Google Translate detecteert het als Corsicaans en geeft ietwat merkwaardige resultaten. De beste vertaling die ik ervan kon vinden is in het Engels:
O Lola! like the snow, pure in thy whiteness!
Redder than cherries glow thy lips in brightness!
Happy the lover brave, when by thy kisses
Thou shalt his soul enslave in fondest blisses!
Hoe dan ook lijkt het hier níet te gaan over een ternauwernood ontloken bloem.
Maar goed, er zijn dus ook Franstalige versies in omloop geweest waarin deze ‘blanche fleur à peine éclose’ wél voorkomt. Beluister bijvoorbeeld deze opname van halverwege de jaren vijftig, afkomstig van een plaat met daarop enkele delen uit Cavalleria Riusticana, waarop genoemde lied door tenor Gaston Micheletti ten gehore wordt gebracht.
Het valt me verder op dat de bewoording van Joost, ‘Ach bloem, ternauwernood ontloken’, perfect zingbaar is op de eerste regel van het lied zoals dat in de opera klinkt. Maar een Nederlandse vertaling die aldus begint, is niet te vinden op internet. Wel vond ik een verwijzing naar een plaat met daarop ‘O Lola schoone Bloem’, gezongen door de Belgische tenor Louis Morrison (1888–1934). De precieze tekst of een opname daarvan heb ik ook niet kunnen vinden.
Maar dan het andere lied dat Joost vertolkt: ‘Als vergeet-mij-nietjes zijn je ogen’.
|